Autopech

17 juli 2018 - Chobe National Park, Botswana

We liggen nog in de tenten wanneer we de helikopter horen vertrekken. Jammer, maar een keer uitslapen is ook niet slecht. Eens uit de tenten merken we dat de leeuwensporen kriskras over onze kampeerplek lopen. We hebben ze de hele nacht horen brullen, Dirk is in de vroege ochtend zelfs even opgestaan om te kijken, en blijkbaar zaten ze dichterbij dan we dachten. Samen volgen we het spoor tot aan de ablution block voor ons ochtendtoilet, alleen gaan lijkt nu geen goed plan.

We rijden de Savuti regio uit richting Chobe River. Op enkele kilometers voor de Ghoha gate, waar we Chobe voor een honderdtal kilometer zouden verlaten, om later vandaag opnieuw het Noordelijke deel binnen te rijden, sputtert de wagen. Bovendien ruiken we een vreemde geur. We slagen er in om de zandweg te verlaten tot op de gravel weg, maar daarna geraken we geen meter meer vooruit. De versnellingen, die al van in het begin wat gek deden, hebben het nu helemaal begeven. We proberen met de satelliet telefoon verhuurmaatschappij Bushlore te bereiken, maar het ding laat enkel emergency calls toe. Daar staan we dan… Gelukkig in een vlakte met open zicht, vanuit de verte kijkt een eenzame olifant toe. Veel auto’s komen hier niet langs, enkel de helikopter van het anti-stroper team vliegt over. Na drie kwartier hebben we toch succes, er komt een vrachtwagen aangereden. De man ziet het niet zitten om ons naar de Ghoha gate, waar we hopelijk kunnen telefoneren, te slepen. Hij is wel bereid om achter ons te rijden en te helpen mochten we vast geraken in het mulle zand verderop. We kunnen ondertussen immers wel in tweede of derde versnelling starten, maar verder niet schakelen en ook niet in de eigenlijk onmisbare 4x4 stand rijden.

We geraken zonder verdere problemen aan de gate, waar we Bushlore telefoneren. Ze sturen een sleepwagen vanuit Kasane, een heel eind verderop, dus er zit niets anders op dan te wachten. We ruimen de auto alvast op, want veronderstellen dat we met deze straks niet meer verder kunnen en vanavond toch al onze spullen zullen moeten verhuizen naar een andere. We doden de tijd met lezen, kleuren, muziek luisteren en spelletjes spelen. Emiel en Louis voetballen met het personeel van de gate, ook hier is er meer volk dan werk om te doen. Het voorbijgaand verkeer is op één hand te tellen, gedurende meer dan drie uur komen er welgeteld vijf wagens voorbij. 

Tot onze verbazing arriveren de mannen van Bushlore, Steve en iemand die we voor het gemak Beaf noemen naar analogie van een duo Lego popjes van Louis, met een terreinwagen. Geen Toyota Hilux als de onze maar een Landcruiser, die iets robuuster is. Er wordt een sleepkabel tussen beide auto’s gehangen, en daar gaan we… Of dat is toch de bedoeling, maar de Landcruiser krijgt ons amper vooruit. Dit is ook zo goed als het zwaarste stuk in Chobe. We zitten keer op keer vast in het mulle zand. Dan moet de eerste wagen gaan draaien en wordt onze auto uit het zand getrokken met de winch vooraan op de Landcruiser. Tegen zonsondergang zijn we nog nergens, dus we wijzigen van tactiek. Steve komt aan het stuur van onze terreinwagen zitten, en dan geeft Beaf volle gas. Het gaat soms 50 km/uur, sneller dan dat wij alleen rijden op dit soort terrein. De sleepkabel is maar enkele meters lang, dus wanneer Beaf in de eerste wagen bruusk remt scheelt het slechts enkele centimeters of beide wagens botsen tegen elkaar. 
Niet veel later worden we opnieuw uit het zand gewinched, maar door een verkeerde handeling van Steve raakt de winch geblokkeerd. Het is intussen aardedonker, we zitten in het midden van een wildpark en Dirk staat samen met Steve en Beaf de winch te repareren.
De jongens, die zich al de hele dag voorbeeldig gedragen, raken nu toch lichtjes in paniek. Louis is bang dat we hier moeten blijven overnachten. Ze hebben beide ook nog eens honger, en de voorraad koekjes en appels is ondertussen op.
Maar uiteindelijk kunnen we weer verder, en al snel rijden we de asfaltbaan op. We hebben meer dan vijf uur gedaan op een veertigtal kilometer. Beaf neemt nu het stuur, zet de wagen in derde versnelling bij het starten en scheurt zo de donkere nacht in. Als de wagen al niet stuk zou geweest zijn, is die dat nu zeker en vast wel.

In theorie mag je Chobe niet meer binnen rijden na halfzeven, maar dit stuk van het park heeft een transit weg naar Kasane. De gate is op slot, maar na wat onderhandelen mogen we verder. De jongens vragen al enkele dagen om eens een night drive te doen, en die krijgen ze nu lachen we. Maar we rijden veel te snel om dieren te zien, al spotten we toch enkele zebra’s.

We komen rond tien uur aan in Kasane. Daar staat nog één wagen zoals de onze, die bestemd is voor afhaal op zaterdag. Hij is nog helemaal leeg, er zitten geen kampeerspullen of andere zaken in, maar is wel al gepoetst. Alles uit de oude auto moet overgeladen worden, tot het keukengerief toe. De jongens zijn verbazend wakker en helpen enthousiast mee met de verhuis.

Normaal gezien zouden we vannacht aan de rivierkant van Chobe, op Ihaha camground slapen. Naar verluid één van de mooiste plekken in het park, met gigantisch veel wild. Ironisch genoeg is deze camping al een jaar gereserveerd, en is onze reis opgebouwd rond deze overnachting en de drie andere nachten in Moremi en Chobe… Maar zo laat het park inrijden kan niet meer, en de rit langs de Chobe rivier valt in elk geval in het water. We gaan dus op zoek naar een slaapplek in Kasane. En dat blijkt niet simpel, de meeste hotels hebben geen permanentie aan de receptie tijdens de nacht, en de security mensen kunnen ons niet helpen. Een hotel waar dan wel receptiepersoneel aanwezig is heeft niemand meer die een kamer voor vier in orde kan brengen. Zo gaat het even verder, we rijden langs een hotel of vijf, tot we aankomen bij Mowana, een sjiek hotel aan de oever van de rivier. Ook daar kunnen geen bedden meer bij gezet worden omdat er niemand van housekeeping aanwezig is, maar het is nu al voorbij middernacht en we zijn zo moe dat we gelijk welke kamer aannemen en daar als een blok in slaap vallen.

Foto’s

1 Reactie

  1. Andre &Wina:
    29 juli 2018
    In West-Vlaanderenzegeen ze daar tegen “ tjoolen”!!!!!!!!!
    Gelukkig zonder accidenten!!!!!!!!!!